Homeopathie  

LS&R 2204

Verzoeker krijgt geen bijzondere bijstand voor homeopathische middelen

Centrale Raad van Beroep 27 jun 2023, LS&R 2204; ECLI:NL:CRVB:2023:1648 (Verzoeker/College Bergen op Zoom), https://www.lsenr.nl/artikelen/verzoeker-krijgt-geen-bijzondere-bijstand-voor-homeopathische-middelen

Centrale Raad van Beroep 27 juni 2023, LSR 2204; ECLI:NL:CRVB:2023:1648 (Verzoeker/College Bergen op Zoom) Bestuursrecht. De Centrale Raad van Beroep oordeelt in deze zaak over het beroep van verzoeker. Deze heeft een aanvraag voor bijzondere bijstand voor de kosten van homeopathische middelen op grond van de Participatiewet gedaan, welke is afgewezen. Tussen de partijen is in geschil of er zeer dringende redenen zijn om deze bijzondere bijstand te verlenen. De rechtbank heeft het beroep tegen het besluit ongegrond verklaard. Verzoeker vordert bij de voorzieningenrechter een voorlopige voorziening.

LS&R 1654

Prejudicieel gestelde vragen over verwijzingen naar algemene, niet-specifieke voordelen uit Claimsverordening

Hof van Justitie EU 12 jul 2018, LS&R 1654; (Doppelherz), https://www.lsenr.nl/artikelen/prejudicieel-gestelde-vragen-over-verwijzingen-naar-algemene-niet-specifieke-voordelen-uit-claimsver

Prejudicieel gestelde vragen aan HvJ EU 12 juli 2018, RB 3223; LS&R 1654; C-524/18 (Doppelherz) Gezondheidsclaims. Via Minbuza. Verzoekster (Dr. Willmar Schwabe) produceert en verkoopt in Duitsland onder de benaming Tebonin® kruidengeneesmiddelen met extract van ginkgobladeren. Deze geneesmiddelen mogen worden gebruikt voor de symptomatische behandeling van hersengebonden verminderde geestelijke prestaties, waaronder vooral geheugen en concentratiestoornissen. Verweerster (Queisser Pharma) verkoopt geneesmiddelen en voedingssupplementen onder de overkoepelende merknaam Doppelherz®, waaronder het voedingssupplement Doppelherz® aktiv Ginkgo + B-Vitamine + Cholin. Op de voorzijde van de verpakking van dit product stond: “B-Vitamine und Zink) für Gehirn, Nerven, Konzentration und Gedächtnis”. Volgens verzoekster levert deze claim schending op van meerdere bepalingen van de verordening en van het in het levensmiddelenrecht en in het mededingingsrecht neergelegde algemene verbod van misleiding.

LS&R 1522

Persoonlijke ervaring klager maken claims werking middel niet per sè misleidend

Reclame Code Commissie 5 okt 2017, LS&R 1522; dossiernr. 2017/00615 (Omega Pharma Granufink Prosta), https://www.lsenr.nl/artikelen/persoonlijke-ervaring-klager-maken-claims-werking-middel-niet-per-s-misleidend

RCC 5 oktober 2017, RB 3018; LS&R 1522; dossiernr. 2017/00615 (Omega Pharma Granufink Prosta). Afwijzing. Het betreft de televisiecommercial voor het product Granufink Prosta van Omega Pharma. De klacht: klager vindt de televisiecommercial voor Granufink Prosta forte misleidend, omdat de commercial duidelijk medische claims bevat terwijl het product slechts als kruidengeneesmiddel is geregistreerd bij het CBG en er geen klinisch bewijs voor de werking van het middel is geleverd. Consumenten worden door de commercial op het verkeerde been gezet en denken dat zij met een bewezen werkend geneesmiddel te maken hebben. De hoge prijs van het product zal dit gevoel volgens klager nog versterken. Klager heeft het product Granufink Prosta forte zes weken geprobeerd, maar heeft ervaren dat het “helemaal niets deed”. De commercial is in strijd met de Code Publieksreclame voor Geneesmiddelen (CPG) 2015, aldus klager.

LS&R 1519

Aanprijzing therapie tot genezing autisme ongefundeerd en daarmee bedrieglijk

Reclame Code Commissie 3 okt 2017, LS&R 1519; dossiernr. 2017/00594 (Cease Therapy), https://www.lsenr.nl/artikelen/aanprijzing-therapie-tot-genezing-autisme-ongefundeerd-en-daarmee-bedrieglijk

Vz. RCC 3 oktober 2017, RB 3014; LS&R 1519; dossiernr. 2017/00594 (Cease Therapy). Aanbeveling. Misleiding. Het betreft de website www.cease-theray.com voor zover de CEASE-therapie nader wordt toegelicht en verschillende claims met betrekking tot de therapie worden gedaan. De klacht: de onderhavige website prijst de CEASE-therapie aan evenals CEASE-training en het boek van T. Smits. De claim dat deze therapie een effectieve manier is om autisme te behandelen, is ongefundeerd, nu dit niet is bewezen. Hetzelfde geldt voor zover wordt gesuggereerd dat vaccinaties van ouders bij kinderen autisme kunnen veroorzaken.

LS&R 1357

Homeopathie en misleidende reclame

Reclame Code Commissie 20 jul 2016, LS&R 1357; Dossiernr: 2016/00371 (Homeopathie en misleidende reclame), https://www.lsenr.nl/artikelen/homeopathie-en-misleidende-reclame

Vz. RCC 20 juli 2016, RB 2751; Dossiernr: 2016/00371 (Homeopathische behandeling)  Toewijzing. Klacht: Het betreft de volgende (mededelingen op) subpagina’s van de website www.homeopathieschipper.nl: 1. “Kinkhoest en kinkhoestachtige klachten zijn homeopathisch vaak goed te behandelen. Het genezingsproces bij kinkhoest wordt door het homeopathisch middel versneld door het stimuleren van het afweersysteem van het kind. Bij elk kind en type hoest kan weer een ander middel passen. Homeopathie is het gelijkende met het gelijkende genezen. Door een passend middel te geven wordt het immuunsysteem van het kind extra geprikkeld en geneest het kind veel sneller. Een ander voordeel is dat het kind na de kinkhoest minder vatbaar blijft. Normaal blijven kinderen na een kinkhoest-episode maanden tot een jaar vatbaarder voor allerlei virussen en bacteriën.” Er is geen bewijs dat kinkhoest 'vaak goed homeopathisch te behandelen is', noch dat het genezingsproces door een homeopathisch middel versneld wordt. Het is verder onjuist dat een kind na een homeopathische behandeling of toediening van een homeopathisch middel minder vatbaar zou zijn voor virussen en bacteriën. In de klacht wordt ook aandacht besteed aan andere homeopathische behandelingen, waaronder de ziekte van Lyme en de ziekte van Pfeiffer.

LS&R 1339

Ceasetherapie als uiterst succesvolle en effectieve methode, niet aannemelijk

6 jun 2016, LS&R 1339; dossiernr. 2016/00203 (Cease Therapie tegen ADHD), https://www.lsenr.nl/artikelen/ceasetherapie-als-uiterst-succesvolle-en-effectieve-methode-niet-aannemelijk

Vz. RCC 6 juni 2016, dossiernr. 2016/00203 (Cease Therapie)
Homeopathie. "Cease Therapie is een bijzonder onderdeel van de klassieke homeopathie. Het is een uiterst succesvolle en effectieve methode om kinderen, maar ook volwassenen met autisme, AD(H)D of een aanverwante stoornis met homeopathie te behandelen”. Klaagster merkt deze tekst aan als “volstrekte onzin” en voert daartoe het volgende aan. CEASE Therapie is een medisch zinloze alternatieve behandelwijze. Geen enkele kinderpsychiater, kinderarts of huisarts heeft deze behandelwijze in de richtlijn staan en geen van hen zal de behandeling aanraden, omdat er geen bewijs is dat de behandeling enige zin heeft.

LS&R 1326

Gebrek aan wetenschappelijk bewijs van de CEASE-therapie voor 'moderne' ziekten

Reclame Code Commissie 28 apr 2016, LS&R 1326; dossiernrs. 2016/00158; 2016/00135 (CEASE-therapie), https://www.lsenr.nl/artikelen/gebrek-aan-wetenschappelijk-bewijs-van-de-cease-therapie-voor-moderne-ziekten

RCC 28 april 2016, dossiernr. 2016/00158; 2016/00135 (CEASE therapie)
Code Publieksreclame voor Geneesmiddelen. Uiting 1: lnmiddels is de CEASE-therapie verder uitgewerkt tot een specialisme in de behandeling van 'moderne' ziekten. Dit zijn ziekten als Reuma, ME, MS, Flbromyalgie, Ziekte van Lyme, ADHD, PDD-NOS, Asperger en Autisme, etc.” (...)

Klager heeft gemotiveerd bestreden dat de CEASE Therapie de werking heeft die daaraan in de uiting wordt toegeschreven.

Meer in het bijzonder heeft hij betwist dat de in de uiting gestelde “verstoring” van levenskracht als gevolg van “lichaamsvreemde stoffen zoals medicatie, vaccinaties en chemische stoffen” wordt “opgeheven”, dat het mogelijk is om “op deze wijze” “autisme succesvol te behandelen" en dat de CEASE Therapie is uitgewerkt tot een specialisme in de behandeling van ziekten als “Reuma, ME, MS, Fibromyalgie, Ziekte van Lyme, ADHD, PDD-NOS, Asperger en Autisme”. Klager heeft gesteld dat deze beweringen niet op acceptabele wijze kunnen worden onderbouwd, bij gebreke van zowel wetenschappelijk bewijs voor de effectiviteit van de CEASE-therapie als een theoretische onderbouwing die in overeenstemming is met de gangbare opvattingen in de natuurwetenschap, chemie, biologie en geneeskunde.

LS&R 1285

Reclame-uiting van "De Homoeopaath" over griepprik in strijd met Geneesmiddelenwet

3 mrt 2016, LS&R 1285; ("De Homoeopaath”), https://www.lsenr.nl/artikelen/reclame-uiting-van-de-homoeopaath-over-griepprik-in-strijd-met-geneesmiddelenwet

Vzr. RCC 3 maart 2016, RB 2690; LS&R 1285; Dossiernr. 2016/00088 ("De Homoeopaath”)
Uiting: Het betreft een door adverteerder (“De Homoeopaath”) op Facebook geplaatst bericht met onder meer de volgende inhoud: “Kies voor gezondheid en kies voor de homeopathische griepvaccinatie (…) De jaarlijkse griepprik biedt bescherming tegen de 3 meest voorkomende influenza’s. Steeds meer mensen worden ziek van de griepprik, door mogelijke bijwerkingen van de griepprik. Gelukkig is er ook een homeopathische griepvaccinatie met nagenoeg geen bijwerkingen met als extra voordeel dat het een hogere bescherming biedt dan de reguliere griepprik. De klassieke homeopathische geneeswijze bevordert algemeen welbevinden door de eigen natuurlijke geneeskracht van het lichaam te versterken. Homeopathische middelen zijn altijd van natuurlijke aard en stimuleren het eigen lichaam om de genezing in werking te zetten en te vervolmaken, Dat is precies het tegenovergestelde van de reguliere geneeskunde die meestal symptomen bestrijdt en ziektes ‘onderdrukt’. De homeopathische vaccinatie is voor iedereen geschikt en geeft een bescherming van meer dan 89 procent. Bij herhaling zelfs meer dan 94 procent. Bijkomende voordeel van een homeopathische vaccinatie is dat inname met alleen korrels heel eenvoudig is, en de bijwerkingen vrijwel nihil zijn.”

LS&R 1252

Negatief oordeel EFSA 'cause and effect', on hold claim onvoldoende aannemelijk gemaakt

CVB 2 februari 2016, LS&R 1252; Dossiernr: 2015/00916 (Groene koffie)
Misleiding. Gezondheidclaims. Uiting: Het betreft reclame voor “Groene Koffie Plus Extra Sterk” op www.vitaminesperpost.nl. Daarin staat onder meer: “Groene koffie Plus is een krachtige formule voor mensen die de vetverbranding willen stimuleren. Er zit hooggedoseerde Green Coffee extract in, die gestandaardiseerd is op 50% Chlorogeenzuur. Om de werking te versterken van de groene koffie is er speciaal Groene thee extract en Artisjok extract bijgevoegd. (…) LET OP: Wondermiddelen bestaan NIET, dit is een ondersteunend product, u dient altijd ten eerste voldoende te bewegen en gezond en gevarieerd te eten.

Kenmerken:
• (….)
• Stimuleert de vetverbranding
• (….)
Productclassificatie: Dit is een voedingssupplement, en is geen vervanging voor een gevarieerde voeding”.

en

“Groene koffie extract supplement
Groene koffie extract of Green Coffee is een voedingssupplement gemaakt van “niet geroosterde bonen” van de koffie plant. (….). Groene koffie extract kun je meestal in de vorm van capsules, tabletten of poeder kopen. De afslankcapsules bevatten 300mg extract en zijn hooggestandaardiseerd op 50% Chlorogeenzuur.

Green Coffee bevat Chlorogeenzuur.

Een van de belangrijkste redenen waarom sommigen groene koffie-extract kopen is dus om af te vallen en gewicht te verliezen. Het Green coffee extract bevat een natuurlijk voorkomende chemische stof genaamd Chlorogenic zuur, waarvan sommige deskundigen geloven dat die een rol kan spelen in het verminderen van de grootte van cellen vet in het lichaam door middel van het verhogen van de vetverbranding”.

Klacht: Groene Koffie Plus Extra Sterk bestaat uit groene koffie extract, groene thee extract en artisjokken extract. Klaagster legt wetenschappelijke gegevens over betreffende deze verschillende extracten, gepubliceerd op Natural Medicines Comprehensive Database (hierna respectievelijk bijlagen 2, 3, 4). Daarin is niets te vinden over het stimuleren van vetverbranding. De eerste zin van de uiting luidt: “Groene koffie Plus is een krachtige formule voor mensen die de vetverbranding willen stimuleren”. Op pagina twee van de uiting wordt dit niet bevestigd. Daar staat: “Het Green coffee extract bevat een natuurlijk voorkomende chemische stof genaamd Chlorogenic zuur, waarvan sommige deskundigen geloven dat die een rol kan spelen in het verminderen van de grootte van cellen vet in het lichaam door middel van het verhogen van de vetverbranding”. Geldige resultaten van ook maar één experiment op dit gebied worden in bijlage 2 niet gegeven. Volgens bijlage 3 verschillen de effecten van groene thee extract sterk per merk. In bijlage 4 wordt het gebruik van artisjokken om gewicht te verliezen niet eens genoemd. Klaagster acht de uiting misleidend en daardoor oneerlijk.


College:

1. In deze zaak gaat het om de claim “stimuleert de vetverbranding” voor een product dat (het extract van) groene thee, groene koffie en artisjok bevat. Deze claim betreft een gezondheidsclaim in de zin van Verordening (EG) 1924/2006 (de Claimsverordening). Claims met betrekking tot afvallen en gewichtsbeheersing, waartoe ook het stimuleren van de vetverbranding kan worden gerekend, dienen immers op grond van deze verordening als gezondheidsclaim te worden beschouwd.

2. Ingevolge de Claimsverordening mogen uitsluitend claims worden gebruikt die door de Europese Commissie zijn goedgekeurd en zijn geplaatst op de communautaire lijst van toegestane claims als bedoeld in artikel 13 lid 3 Claimsverordening. Van een goedgekeurde claim is in dit geval geen sprake. De Claimsverordening kent echter naast de lijst met toegestane claims ook een categorie producten waarvoor onder bepaalde voorwaarden het gebruik van gezondheidsclaims voorlopig is toegelaten. Dit betreft vooral claims die aan bepaalde botanische stoffen zijn gekoppeld en waarvoor tijdig een aanvraag voor het gebruik van een gezondheidsclaim is ingediend. Deze claims vallen onder een overgangsregeling (staan “on hold”). In artikel 28 lid 5 van de Claimsverordening is in dit verband bepaald: “De in artikel 13, lid 1, onder a) vermelde gezondheidsclaims kunnen vanaf de datum van inwerkingtreding van deze verordening tot de aanneming van de in artikel 13, lid 3, vermelde lijst onder de verantwoordelijkheid van bedrijfsexploitanten worden gedaan, mits zij stroken met deze verordening en met de toepasselijke nationale bepalingen (…)”

3. De ingrediënten van het onderhavige product zijn botanische stoffen. Beoordeeld dient te worden beoordeeld of voor deze ingrediënten een aanvraag voor een gezondheidsclaim is ingediend. Het College gaat daarbij uit van de lijst met de zogenaamde ID nummers die Vitaminesperpost.nl in beroep heeft overgelegd, die corresponderen met ID nummers van de European Food Safety Authority (EFSA). Vitaminsperpost.nl heeft in beroep haar claim specifiek gebaseerd op groene thee. Onder de volgende ID nummers staan voor ‘weight management’ en ‘fat metabolism’ voor groene thee (of het extract daarvan met EGCG) claims “on hold”: 1112, 1124, 1544, 1806 en 3698. Het College zal daarnaast acht slaan op de ingrediënten  Cynara Scolymus (artisjok) en groene koffie die aan het onderhavige product zijn toegevoegd. Voor Cynara Scolymus (artisjok) staat, naar het College constateert, onder het volgende ID nummer voor ‘weight control’ een claim on hold: 4395. Voor Groene koffie extract staat onder het volgende ID nummer voor ‘weight management’ een claim ‘on hold’: 2031. Op deze claims is de overgangsregeling van artikel 28 lid 5 van de Claimsverordening van toepassing.

4. Indien een gezondheidsclaim onder deze overgangsregeling valt, dient deze gedurende de periode dat zij ‘on hold’ staat aan bepaalde eisen te voldoen. Als belangrijke eisen gelden :

gezondheidsclaims mogen niet misleidend zijn (artikel 3 Claimsverordening),

gezondheidsclaims dienen te zijn gebaseerd op algemeen geaccepteerd wetenschappelijk bewijs waarbij de adverteerder het gebruik van de claim moet rechtvaardigen (artikel 6 Claimsverordening),

gezondheidsclaims moeten gedurende de overgangstermijn in overeenstemming zijn met nationale regelgeving (artikel 28 lid 5 Claimsverordening).

5. Het College van Beroep is met de Reclame Code Commissie van oordeel dat zolang de Europese Commissie ten aanzien van bepaalde (bestanddelen van) levensmiddelen niet heeft beslist of een hiervoor ingediende gezondheidsclaim op de communautaire lijst van toegestane claims wordt geplaatst en deze claim “on hold” staat (hierna: de toelatingsprocedure), een adverteerder in reclame gedurende de toelatingsprocedure melding mag maken van die claim. Als de adverteerder echter in reclame in feite vooruitloopt op de uitkomst van de toelatingsprocedure door al tijdens de ‘on hold’ status zonder voorbehoud in reclame een concreet en daadwerkelijk effect te claimen, dient zij deze werking bij een gemotiveerde betwisting, vooruitlopend op de beslissing over het plaatsen van de claim op de communautaire lijst van toegestane claims, aannemelijk te maken. Indien in een uiting voor een levensmiddel op deze wijze een effect op de gezondheid wordt geclaimd dat niet aannemelijk wordt gemaakt, moet de uiting om die reden misleidend worden geacht. Het College betrekt daarbij dat de Claimsverordening een hoog niveau van consumentenbescherming nastreeft (vgl. artikel 1 Claimsverordening) en als uitgangspunt hanteert dat adverteerders claims moeten onderbouwen (vgl. punt 17 considerans Claimsverordening). De gemiddelde consument zal verwachten dat een product waarvan stellig en zonder voorbehoud een bepaalde werking op de gezondheid wordt geclaimd, die werking ook heeft.

Het voorgaande staat niet in de weg aan de mogelijkheid een gezondheidsclaim die ‘on hold’ staat te gebruiken: indien een adverteerder in reclame duidelijk het voorbehoud maakt dat de claim wordt gebruikt terwijl hiervoor nog een toelatingsprocedure loopt, en de claim in dat opzicht dus een voorwaardelijk karakter heeft, ligt het niet voor de hand dat zij de claim tijdens de toelatingsprocedure al aannemelijk dient te maken. In dat geval zal immers op grond van dat voorbehoud voor de consument duidelijk zijn dat het geclaimde effect (nog) niet officieel is vastgesteld.

6. Vitaminsperpost.nl verwijst in haar beroepschrift naar het zogenaamde ‘Richtsnoerdocument’ en naar blz. 22 van dat document, waaruit zou volgen dat claims mogen worden gebruikt indien die “niet onaannemelijk” zijn. Het enkele feit dat een claim onder de overgangsregeling valt brengt echter niet mee dat reeds op grond daarvan bepaalde gevolgtrekkingen mogelijk zijn met betrekking tot de geclaimde werking. Vitamins­per­post.nl stelt verder in het beroepschrift dat zij de claim “aannemelijk” kan maken aan de hand van voorbeelden. Daaruit blijkt dat ook Vitaminsper­post.nl ervan uitgaat dat een betwiste “on hold” claim alsnog aannemelijk dient te worden gemaakt indien, zoals in dit geval, een concreet en daadwerkelijk effect op de gezondheid wordt geclaimd (“stimuleert de vetverbranding”) en dit effect gemotiveerd wordt betwist. Dat Vitaminsperpost.nl wel in enige mate haar claim nuanceert door te stellen dat het aangeprezen product geen wondermiddel is maar een ondersteunend product, doet niet af aan deze eis. Vitaminsperpost.nl claimt immers ook met zoveel woorden dat haar product als zodanig de vetverbranding stimuleert.

7. Op grond van het voorgaande blijft de beoordeling in beroep beperkt tot de vraag of Vitaminsperpost.nl de geclaimde werking “stimuleert de vetverbranding” met betrekking tot een of meer van de drie ingrediënten waarop de claim betrekking heeft voldoende aannemelijk heeft gemaakt. Dit is niet geval. Integendeel: wat betreft groene thee en groene koffie is gebleken dat de EFSA inmiddels als ‘Scientific Opinion’ heeft gepubliceerd dat er geen “cause and effect relationship” kan worden vastgesteld tussen de consumptie van deze (bestanddelen van) levensmiddelen en de vetverbranding. Dit in feite negatieve oordeel van de EFSA impliceert voor deze claim een inhoudelijke verwerping van de onderbouwing daarvan. Dit doet weliswaar niet af aan de ‘on hold’ status van de claim, maar brengt wel mee dat het geclaimde effect blijkbaar niet kan worden aangetoond. Met betrekking tot de afzonderlijke ‘abstracts’ en de “Master file” van de Commissie Keuring Fytoproducten die Vitamins­perpost.nl in beroep heeft overgelegd, volstaat het College daarom met te oordelen dat deze stukken, gelet op het hiervoor bedoelde oordeel van de EFSA, de claim onvoldoende aannemelijk maken. Met betrekking tot Cynara Scolymus (artisjok) heeft de EFSA nog geen opinie gepubliceerd. Vitaminesper­post.nl acht echter zelf, blijkens hetgeen tijdens de mondelinge behandeling namens haar is verklaard, het effect hiervan op het stimuleren van de vetverbranding niet overtuigend. Het College oordeelt dat Vitamins­per­post.nl daarom ook in zoverre de geclaimde werking niet aannemelijk heeft gemaakt.

8. Nu Vitaminsper­post.nl de geclaimde werking van de ingrediënten niet aannemelijk heeft kunnen maken, gaat haar claim “stimuleert de vetverbranding” verder dan op basis van de aanwezige gegevens gerechtvaardigd kan worden geacht. Het College onderschrijft daarom de beslissing van de Commissie en oordeelt als volgt.

LS&R 590

Natuurgeneeskundige veroordeeld afhouden reguliere zorg

Rechtbank Noord-Holland 13 juni 2013, LJN CA2958 / CA3046 (natuurgeneeskundige) - CA3046
Naturopathic PharmacyStrafrecht. Rechtspraak.nl: Promis vonnis. Meervoudige strafkamer. Zie ook LJN: CA3046. Arts en natuurgeneeskundige veroordeeld voor afhouden van reguliere zorg De rechtbank Noord Holland heeft op 13 juni 2013 een 54 jarige basisarts/acupuncturist uit Heemstede veroordeeld tot 1 jaar gevangenisstraf, geheel voorwaardelijk, met een proeftijd van 5 jaar, wegens roekeloos en nalatig handelen waardoor een patiënte van hem zwaar lichamelijk letsel heeft bekomen. Uiteindelijk is de vrouw overleden aan onder meer de gevolgen van borstkanker.

De rechtbank acht bewezen dat er een voortdurende behandelovereenkomst tussen de arts en de vrouw heeft bestaan. Zij verwerpt het verweer van de verdediging dat hij als vriend en niet als behandelaar is opgetreden omdat hij haar voortdurend medische adviezen gaf, haar lichamelijk onderzocht, acupunctuur toepaste, medicatie voorschreef en korreltjes gaf om te proberen haar te genezen en haar pijn te verminderen. Hij werd ook door de vrouw zelf en haar omgeving als haar behandelaar beschouwd. Dat hij daarnaast als vriend haar ook intensief heeft verzorgd en geholpen doet daaraan niet af.

De rechtbank acht verder bewezen dat de arts/acupuncturist de vrouw van wie hij op zeker moment wist dat zij aan borstkanker leed, jarenlang heeft behandeld met niet reguliere, natuurgeneeskundige methoden zonder haar daarbij te informeren over het doel en de effectiviteit van zijn behandeling. Hij heeft haar onvoldoende geïnformeerd over de reguliere behandelmogelijkheden en niet gewezen op de risico’s voor haar gezondheid als zij zich niet zou laten behandelen in het reguliere circuit. Hij heeft haar zelfs afgeraden zich in het ziekenhuis te laten opnemen, omdat zij volgens hem eerst moest aansterken. Daarmee is hij te kort geschoten in zijn zorgplicht jegens zijn patiënte. Het valt hem aan te rekenen dat de vrouw zich uiteindelijk pas kort voor haar overlijden, toen het al te laat was, heeft laten opnemen. Op dat moment had het kankergezwel zich inmiddels zo ver uitgezaaid dat er toen geen behandeling meer mogelijk was. Zij heeft daardoor aanzienlijk korter geleefd en veel onnodige pijn geleden.

Volgens de rechtbank heeft de basisarts/acupuncturist niet opzettelijk zwaar lichamelijk letsel aan de vrouw toe gebracht of haar gezondheid opzettelijk benadeeld. De stelling van de verdediging dat er geen sprake is geweest van causaal verband, omdat de patiënte een zeer sterke wil had, met een duidelijke voorkeur voor niet reguliere geneeswijzen en een afkeer van het reguliere circuit die in de loop der tijden steeds sterker werd, is niet door de rechtbank gevolgd.

De rechtbank oordeelt echter dat het zeer waarschijnlijk is dat zij tot andere keuzes zou zijn gekomen als zij wel voldoende was geïnformeerd. Zij heeft zich immers eerder ook tot het reguliere circuit gewend en heeft uiteindelijk wel in gestemd met het maken van röntgenfoto’s in het ziekenhuis nadat zij daarover van een chirurg duidelijke uitleg had gekregen. De arts/acupuncturist heeft dan ook roekeloos gehandeld en is nalatig geweest.

Anders dan de Officier van Justitie vindt de rechtbank het niet nodig de arts/acupuncturist een beroepsverbod op te leggen omdat hij al 25 jaar als zodanig werkzaam is. In die periode zijn er nooit problemen of klachten geweest. Daarbij komt dat er volgens de rechtbank, een complexe situatie is ontstaan door haar, terwijl hij bij haar inwoonde en haar verzorgde, te blijven behandelen als arts. Dat maakt dat het hier om een zeer bijzondere situatie gaat. De kans op herhaling is daarom uiterst klein. Medeverdachte, een natuurgeneeskundige is wegens schending van de op haar rustende zorgplicht veroordeeld tot 6 maanden voorwaardelijke gevangenisstraf met een proeftijd van 5 jaar. Het meest klemmende verwijt is het zodanig versterken van de stralingsangst dat zij aan de gevolgen daarvan is overleden.

  • 1
  • 2
  • 3
  • 1 - 10 van 26