Food  

LS&R 1366

Aanbeveling bij reclame voor 'allergeenvrije' tomatensoep

Reclame Code Commissie 21 jul 2016, LS&R 1366; Dossiernr: 2016/00430 (bestreden reclame-uiting over allergeenvrij product), https://www.lsenr.nl/artikelen/aanbeveling-bij-reclame-voor-allergeenvrije-tomatensoep

RCC 21 juli 2016, RB 2759; LS&R 1366; Dossiernr: 2016/00430 (bestreden reclame-uiting over allergeenvrij product) Aanbeveling. Reclame. Voeding. Het betreft een reclame voor tomatensoep waarin gezegd wordt dat dit 100% allergeenvrij is. Klacht: In de uiting wordt vermeld dat de tomaten- en groentesoep (100%) allergeenvrij zijn. Volgens klager is dit misleidend. Klager vermoedt dat adverteerder hiermee wellicht bedoelt dat deze producten vrij zijn van de 14 in de EU wetgeving genoemde declareerbare allergenen. Maar (100%) allergeenvrij is niet hetzelfde als vrij van declareerbare allergenen. In deze producten zitten diverse kruiden, waaronder knoflook en peper waartegen allergie bekend is bij 2% van de bevolking. Ook zitten in deze producten gistextracten, groenten en tomaten waartegen allergieën bekend zijn. De Commissie  beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

LS&R 1365

Reclame 'allergeenvrij' rundvleesproduct

Reclame Code Commissie 21 jul 2016, LS&R 1365; Dossiernr: 2016/00432 (Reclame over allergeenvrij product), https://www.lsenr.nl/artikelen/reclame-allergeenvrij-rundvleesproduct

RCC 21 juli 2016, RB 2758, LS&R 1365; Dossiernr: 2016/00432 (reclame over allergeenvrij product) Aanbeveling. Reclame. Voedsel. Het betreft een reclame voor een braadstuk waarin wordt gezegd dat deze allergeenvrij is. Klacht: Rundvlees is volgens klager een bekende allergeen. Volgens de EU allergenenwetgeving hoeft deze allergeen niet vermeld te worden, maar ongeveer 10% van de mensen met een koemelkeiwitallergie hebben ook een rundvleesallergie. De in de uiting genoemde producten zijn derhalve niet allergeenvrij, zodat de uiting volgens klager misleidend is. De Commissie beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

LS&R 1351

HvJ EU: Claimsverordening ook van toepassing wanneer uiting zich uitsluitend tot vakkring richt

Hof van Justitie EU 14 jul 2016, LS&R 1351; ECLI:EU:C:2016:563 (Verband Sozialer Wettbewerb tegen Innova Vital), https://www.lsenr.nl/artikelen/hvj-eu-claimsverordening-ook-van-toepassing-wanneer-uiting-zich-uitsluitend-tot-vakkring-richt

HvJ EU 14 juli 2016, LS&R ; RB 2743; ECLI:EU:C:2016:563; C-19/15 (Verband Sozialer Wettbewerb tegen Innova Vital)
Voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen – Artikel 1, lid 2 – Toepassingsgebied – Levensmiddelen die bestemd zijn om als zodanig aan de eindverbruiker te worden geleverd – Claims in commerciële mededelingen die uitsluitend aan beroepsbeoefenaars in de gezondheidszorg zijn gericht. HvJ EU:

Artikel 1, lid 2, van [claimsverordening], moet aldus worden uitgelegd dat de voedings- of gezondheidsclaims die worden gedaan in een commerciële mededeling betreffende een levensmiddel dat bestemd is om als zodanig aan de eindgebruiker te worden geleverd, binnen het toepassingsgebied van deze verordening vallen wanneer deze mededeling niet aan de eindgebruiker maar uitsluitend aan beroepsbeoefenaars in de gezondheidszorg is gericht.

LS&R 1348

Conclusie AG: Nationaal verbod voor voedingssupplement met aminozuren is niet in strijd met levensmiddelenwetgeving

Hof van Justitie EU 21 jul 2016, LS&R 1348; ECLI:EU:C:2016:589 (Queisser Pharma tegen Deutschland), https://www.lsenr.nl/artikelen/conclusie-ag-nationaal-verbod-voor-voedingssupplement-met-aminozuren-is-niet-in-strijd-met-levensmid

Conclusie AG HvJ EU 21 juli 2016, LS&R 1348; C-282/15 ; ECLI:EU:C:2016:589 (Queisser Pharma tegen Deutschland)
Voedselveiligheid – Wetgeving van lidstaten waarbij de vervaardiging en verhandeling van voedingssupplementen met aminozuren worden verboden – Discretionaire ontheffingsmogelijkheden. Conclusie AG: Vraag 1

De artikelen 34, 35 en 36 VWEU, gelezen in samenhang met artikel 14 van verordening nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden, verzetten zich niet tegen een nationale wettelijke regeling waarbij de vervaardiging of verwerking respectievelijk het in de handel brengen van een voedingssupplement met aminozuren wordt verboden, voor zover daarvoor niet onder bepaalde nadere feitelijke voorwaarden een tijdelijke ontheffing is verleend door de bevoegde nationale autoriteit, die ter zake over een discretionaire bevoegdheid beschikt.

 

LS&R 1345

Uitspraak ingezonden door Wouter Pors, Bird & Bird.

Scheidslijn van octrooilicenties functional foods en medische toepassing

Hof Den Haag 7 jun 2016, LS&R 1345; ECLI:NL:GHDHA:2016:3367 (Ablynx tegen Unilever), https://www.lsenr.nl/artikelen/scheidslijn-van-octrooilicenties-functional-foods-en-medische-toepassing

Hof Den Haag 7 juni 2016, IEF 16106; IEFbe 1866; LS&R 1345; ECLI:NL:GHDHA:2016:3367 (Abylynx tegen Unilever) Zie eerder IEF 14519 en IEF 13316. Octrooirecht. Licenties. Uitleg 'gereserveerde sector'. Toepassing Belgisch/Nederlands recht. Unilever kreeg een licentie voor exploitatie van de Hamers-octrooien voor o.a. verpakte functional foods, Ablynx voor medische toepassingen. Het gaat over de scheidslijn van die twee gebieden. Het hof verklaart voor recht dat Unilever inbreuk maakt voor zover VHH Product een therapeutische of profylactische werking heeft ten aanzien van specifieke pathogenen. Het opleggen van een moratorium is te beschouwen als een vorm van schadevergoeding, het hof is van oordeel dat de verklaring voor recht voldoende is.

 

LS&R 1341

HvJ EU: Handelsnormen voor vlees en pluimvee geen aantasting van vrijheid van ondernemingschap

Hof van Justitie EU 30 jun 2016, LS&R 1341; ECLI:EU:C:2016:498 (Lidl tegen Freistaat Sachsen), https://www.lsenr.nl/artikelen/hvj-eu-handelsnormen-voor-vlees-en-pluimvee-geen-aantasting-van-vrijheid-van-ondernemingschap

HvJ EU 30 juni 2016, LS&R 1341; RB 2738; ECLI:EU:C:2016:498 C-134/15 (Lidl tegen Freistaat Sachsen)
Vers voorverpakt vlees van pluimvee. Verplichting om totaalprijs en prijs per gewicht op etiket te vermelden.

1)      Het onderzoek van de eerste prejudiciële vraag levert geen enkel element op dat de geldigheid aantast van artikel 5, lid 4, onder b), van verordening (EG) nr. 543/2008 van de Commissie van 16 juni 2008 houdende uitvoeringsbepalingen van verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad wat betreft de handelsnormen voor vlees van pluimvee, in het licht van de vrijheid van ondernemerschap, zoals vastgelegd in artikel 16 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie.

LS&R 1338

Conclusie AG: Vernevelaar Bachbloesem zijn geen dranken volgens LevensmiddelenVo

Hof van Justitie EU 22 jun 2016, LS&R 1338; ECLI:EU:C:2016:474 (Nelsons - Bachbloesemproducten), https://www.lsenr.nl/artikelen/conclusie-ag-vernevelaar-bachbloesem-zijn-geen-dranken-volgens-levensmiddelenvo

Conclusie AG HvJ EU 22 juni 2016, LS&R 1338; RB 2734; ECLI:EU:C:2016:474; C-177/15; (Nelsons - Bachbloesemproducten)
Levensmiddel of geneesmiddel. Conclusie AG: Vraag 1: Vloeistoffen met vergelijkbare kenmerken als de producten in het hoofdgeding bezitten, die een alcoholgehalte van 27 volumeprocent hebben, als gedistilleerde dranken worden aangeduid, via apotheken in druppelbuisjes met een inhoud van 10 of 20 ml en als vernevelaar worden verkocht en volgens de bijbehorende instructies zijn bedoeld om in zeer kleine hoeveelheden in druppelvorm of door middel van een vernevelaar te worden ingenomen, zijn geen ‚dranken’ als bedoeld in artikel 4, lid 3, van verordening (EG) nr. 1924/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen.

LS&R 1331

Handhavingsverzoek etiketteringsvoorschriften concurrent terugverwezen naar minister VWS

Rechtbank Rotterdam 20 feb 2014, LS&R 1331; ECLI:NL:RBROT:2014:1373 (Bongrain en Minister van EZ en VWS), https://www.lsenr.nl/artikelen/handhavingsverzoek-etiketteringsvoorschriften-concurrent-terugverwezen-naar-minister-vws

Rechtbank Rotterdam 20 februari 2014, LS&R ; ECLI:NL:RBROT:2014:1373 (Bongrain en Minister van EZ en VWS)
Eiseres heeft de minister van EZ verzocht handhavend op te treden tegen het niet naleven van etiketteringsvoorschriften door een concurrent en heeft beroep ingesteld wegens niet tijdig beslissen. De rechtbank is onbevoegd omdat geen aanvraag voorligt, omdat de minister van VWS en niet de minister van EZ bevoegd is tot handhaving van warenwetgeving. De minister heeft inmiddels volstaan met waarschuwing van de concurrent.

Het beroep tegen de beslissingen op bezwaar is ter zitting ingetrokken door eiseres.

Naar aanleiding van een nieuw handhavingsverzoek aan de minister van VWS wegens het voortduren van de overtreding, is wederom beroep wegens niet tijdig beslissen ingesteld. De minister van VWS heeft de maximale dangsom wegens niet tijdig beslissen toegekend, besloten tot boeteoplegging en geweigerd tot het nemen van herstelsancties. Dit zijn besluiten in de zin van artikel 6:20 Awb. De concurrent, die als partij deelneemt aan de gedingen, heeft de rechtbank verzocht deze zaak finaal af te doen. De minister van VWS wil het boetebesluit en de weigering anderszins te handhaven eerst heroverwegen. De rechtbank verwijst deze zaak naar de minister van VWS.

LS&R 1321

Uitspraak ingezonden door Sven Klos, Allard Ringnalda en Josine van den Berg, KLOS c.s..

Heksenkaas smeerdip doet zich niet misleidend voor als soort kaas

Rechtbank Rotterdam 13 mei 2016, LS&R 1321; (Heksenkaas tegen Ministerie VWS), https://www.lsenr.nl/artikelen/heksenkaas-smeerdip-doet-zich-niet-misleidend-voor-als-soort-kaas

Rechtbank Rotterdam 13 mei 2016, IEF 15956; LS&R 1321; RB 2716 (Heksenkaas tegen Ministerie VWS)
Reclamerecht. Etikettering. In geschil is of met het merk Heksenkaas het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen is overtreden door de onjuiste indruk te wekken dat de smeerdip een soort kaas is en misleidend is ten aanzien van de samenstelling van het product. De ingrediëntenlijst vermeld niet dubbelzinnig en klip en klaar: smeerdip met 16% roomkaas en verse kruiden. Het bestreden besluit wordt herroepen.

LS&R 1314

Prejudiciële vragen HvJ EU over verboden transgene mais voor (dier)voeding

Hof van Justitie EU 10 dec 2015, LS&R 1314; (Fidenato), https://www.lsenr.nl/artikelen/prejudici-le-vragen-hvj-eu-over-verboden-transgene-mais-voor-dier-voeding

Prejudiciële vragen HvJ EU 10 december 2015, LS&R 1314; zaak C-111/16 (Fidenato)
Voedselveiligheid (genetisch gemodificeerde organismen). Verzoeker heeft van de rechter-commissaris een strafbeschikking ontvangen wegens het telen van transgene mais, hetgeen in ITA bij wet verboden. Verzoeker gaat in verzet stellende dat het onderliggend besluit onwettig is (genomen zonder inachtneming van de procedureregels van Vo. 178/2002, met name artikel 34). Verzoeker voert aan dat de ITA regering de EURCIE een aantal wetenschappelijke studies heeft voorgelegd en op grond van artikel 53/54 van Vo. 178/2002 op 11-04-2013 de EURCIE heeft verzocht om de noodmaatregelen van artikel 34 van Vo. 1829/2003 te treffen. De EURCIE antwoordde daarop (17-05-2013) dat zij daarin geen reden voor onderzoek zag maar de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EVVA) zou inschakelen en met verzoek voor eind september 2013 te rapporteren. Op grond van het advies van EVVA van 24-09-2013 (ITA levert geen nieuw wetenschappelijk bewijs die de noodmaatregelen onderbouwen) heeft de EURCIE de vergunning van Monsanto ongewijzigd gelaten. Desondanks heeft ITA voorlopige nationale maatregelen getroffen.