Gepubliceerd op dinsdag 30 juli 2013
LS&R 667
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Geen onderbouwing voor gestelde werking en gebruik sportgel

RCC 16 juli 2013, dossiernr. 2013/00473-1 (Rowo Sportgel)
Reclamerecht. Voornaamste kenmerken product. Onjuiste informatie. Aanbeveling. Het betreft een in verschillende huis-aan-huis kranten geplaatste advertentie voor Rowo Sportgel met als kop “Spierpijn weg [of: ”verdwijnt”] terwijl u wacht!”.

De klacht - Blijkens de door Natusor aan de Keuringsraad overgelegde onderbouwing van de werking van het medisch hulpmiddel Rowo Sportgel heeft het product een “cooling effect”. In de bestreden uiting worden echter ook een aantal aanprijzingen van het product gebezigd welke niet zijn aangetoond dan wel onderbouwd. Niet duidelijk is derhalve of dit product ook al die eigenschappen heeft en of de eigenschappen wetenschappelijk zijn aangetoond en derhalve juist zijn. Is dat niet of slechts deels het geval, dan zijn de separate zinsneden en de gehele uiting in strijd met de artikelen 2 en 7 juncto 8.2 onder a en b van de Nederlandse Reclame Code (NRC).

Het oordeel van de Commissie
De Commissie stelt voorop dat zij alleen de door de Keuringsraad aan haar voorgelegde advertentie beoordeelt, en niet de herziene versie daarvan. Tussen partijen is niet in geschil dat het product waarop de reclame-uiting betrekking heeft, Rowo Sportgel, een medisch hulpmiddel is dat - volgens de door de fabrikant opgestelde onderbouwing - een verkoelend effect heeft. Nu door de Keuringsraad de juistheid wordt betwist van de mededelingen omtrent de verdere werking van Rowo Sportgel zoals hiervoor onder “De klacht” is weergegeven, dient adverteerder de beweerde werking van het aangeprezen product - en daarmee de juistheid en eerlijkheid van de reclame-uiting - aannemelijk te maken. Hetzelfde geldt voor de mededelingen omtrent de aanprijzing van het product door “artsen en fysiotherapeuten” en het gebruik van de sportgel door “bijna alle professionele voetbalploegen”. Adverteerder heeft dit niet gedaan. Er is immers geen onderbouwing voor de in de uiting gestelde werking en gebruik van Rowo Sportgel aangevoerd.

Het voorgaande impliceert dat het ervoor moet worden gehouden dat de uiting onjuiste informatie bevat over de van het gebruik van Rowo Sportgel te verwachten resultaten, een van de voornaamste kenmerken van het aangeprezen product als bedoeld onder b van ar­tikel 8.2 NRC. Voorts is de Commissie van oordeel dat de gemiddelde consument door de uiting ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen. Om die reden is de bestreden uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. Nu de Commissie de uiting reeds op voornoemde gronden in strijd met de NRC acht, kan in het midden blijven of de uiting tevens in strijd is met de overige door de Keuringsraad genoemde bepalingen van de NRC.

De beslissing
De Commissie acht de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.